Dat concludeert de Animal Sciences Group (ASG) van Wageningen UR, op basis van onderzoek in opdracht en met financiering van het Productschap voor Vee en Vlees (PVV).

In opdracht van het PVV keken onderzoekers van ASG naar technieken om mest buiten de Nederlandse landbouw af te zetten. Het onderzoek geeft inzicht in de wet- en regelgeving, technieken van mesthygiënisatie en een economische evaluatie van mestexport vanuit Nederland. Sinds de invoering van de nieuwe mestwetgeving op 1 januari 2006 kunnen boeren minder mest op het eigen bedrijf plaatsen. Het PVV wil daarom goed geïnformeerd zijn over de huidige en toekomstige ontwikkelingen in de mestexport.

Het onderzoek laat zien dat exporteurs het beleid rond mestexport als tijdrovend ervaren. Het beleid richten op niet-verwerkte en verwerkte varkensmest, leidt tot tijdwinst voor de exporteur en een betere inzichtelijkheid in de procedure van mestexport. âHet is aan te bevelen om procedures te vereenvoudigen, zoals de procedure voor het aanvragen van reisdocumenten (bijv. invoervergunning) en om in het buitenland informatie te krijgen over het afleveradres. Ook de methodiek van erkenning van (goedkope) hygiëniseringstechnieken kan eenvoudigerâ, aldus onderzoekers Gerrit Kasper en John Horrevorts.

Uit een economische evaluatie blijkt dat de export van varkensmest de komende jaren sterk afhankelijk zal zijn van de kostprijs van mestverwerking, de Subsidieregeling Duurzame Energie SDE als opvolger van de MEP-subsidie die voorjaar 2008 wordt ingevoerd en de kostprijs en de regelgeving van coproducten. De export van onverwerkte, onverwerkte/gehygiëniseerde, en vergiste/gehygiëniseerde varkensmest kost de veehouder nu respectievelijk € 18-22,-, € 30-40,-en € 20-25,- per ton; onverwerkte en verwerkte pluimveemest kosten respectievelijk € 30,- en € 10,- per ton.