Daily Tzolkin

Inloggen


Kilimanjaro dankt sneeuwmuts aan natte periode 11.000 jaar geleden

artikel geplaatst op dinsdag 8 december 2009 om 20:19 - Redactie

De smeltende sneeuwmuts van de Kilimanjaro heeft zijn bestaan niet alleen te danken aan kou, maar vooral aan de grote hoeveelheid neerslag die viel aan het begin van het Holoceen, zo'n 11.000 jaar geleden. Het regelmatig smelten van de ijskap op de hoogste berg van Afrika blijkt onderdeel van een natuurlijk proces van droge en natte perioden, en is dus niet alleen het resultaat van milieuschade die de mens aanricht. Dat blijkt uit onderzoek van Spinozawinnaar Jaap Sinninghe Damsté, verbonden aan de Universiteit Utrecht en het NIOZ, dat op 3 december wordt gepubliceerd in het toonaangevende tijdschrift Nature.


Moleculair paleontoloog Sinninghe Damsté bestudeerde een boorkern uit het meer Challa in Kenia. Dit kratermeer ligt op de flank van de Kilimanjaro. Samen met een groep Europese onderzoekers probeerde hij te achterhalen hoeveel van het materiaal in de boorkern uit het meer zelf kwam, en hoeveel er door regen het meer in is gespoeld.

Door te kijken naar de verhouding tussen de stoffen van binnen en buiten het meer, kon Sinninghe Damsté een gedetailleerde reconstructie maken van de veranderingen in de hoeveelheid neerslag van de laatste 25.000 jaar. Uit de metingen bleek dat dit gedeelte van Afrika vaker te maken heeft met een periode van zware moessonregens. Doordat de Kilimanjaro dichtbij de evenaar ligt, is er ongeveer eens in de 11.500 jaar een periode van hevige moessons, in gebieden verder van de evenaar komt zo'n intensieve moessontijd maar eens in de 23.000 jaar voor.

De Jonge Drias (van 12800 tot 11500 jaar geleden) springt er uit als een extreem droge periode. Vijf jaar geleden ontdekten Amerikaanse wetenschappers al dat de Kilimanjaro in deze periode ijsvrij was. Sinninghe Damsté ontdekte dat aan het eind van de Jonge Drias een drastische klimaatomslag plaatsvond - van heel droog naar heel nat. Daardoor nam de sneeuwval op de top enorm toe en werd de Kilimanjaro opnieuw bedekt onder een dikke laag ijs.

Wereldwijde klimaatvariaties worden op lange termijn (duizenden tot tienduizenden jaren) voornamelijk gestuurd door veranderingen in de hoeveelheid inkomende zonnestraling. Doordat de aardas een waggelende beweging maakt, krijgt elk gebied niet altijd dezelfde hoeveelheid zonnestraling. Juist rond de evenaar is variatie in straling erg groot, en dat is weer van invloed op de intensiteit van de moessonregens. Het gevolg is dat equatoriaal Oost-Afrika twee keer zo vaak te maken heeft met hevige regenperiodes en tijden van extreme droogte. Afrika lijkt nu aan het einde te komen van zo'n droge periode, waardoor de ijskap dus ook logischerwijs een flink stuk gesmolten is.

Vals klimaaticoon
Al Gore gebruikte de smeltende ijskap van de Kilimanjaro in zijn film 'An Inconvenieth Truth' als bewijs voor het opwarmen van de aarde door menselijke uitstoot van broeikasgassen. Die keuze blijkt dus niet erg gelukkig. Het smelten van de sneeuwmuts is volgens Sinninghe Damsté niet alleen de schuld van de mens. Het onderzoek laat zien dat ook natuurlijke klimaatvariaties grote gevolgen hebben.

Moleculair paleontoloog Jaap Sinninghe Damsté, werkzaam bij de Universiteit Utrecht en het NIOZ, gebruikt fossiele chemische stoffen om in het verleden te kunnen kijken. Samen met een groep Europese onderzoekers uit Nederland, België, Duitsland en Denemarken onderzocht hij de boorkern uit het meertje Challa in Kenia. Dit onderzoek maakt deel uit van het ESF-project Challacea dat mede door NWO gefinancierd is. Jaap Sinninghe Damsté ontving in 2004 de Spinozapremie van NWO.

Bron: Universiteit Utrecht

Reacties

Geen reacties beschikbaar.

Reageren

Je bent op dit moment niet ingelogd. Om een reactie achter te laten moet je ingelogd zijn.

Policy | Kontakt
© DailyTzolkin 2024 | Tips of nieuws? redactie@dailytzolkin.com